Dansen 560x373

Nieuws

Verlaagd btw-tarief voor het verlenen van toegang tot danceclub waar dj’s optreden

09-12-2019

1. Danceclub

Rechtbank Gelderland heeft op 10 september uitspraak gedaan in een zaak waarin sprake was van een danceclub waar vrijdag- en zaterdagavond feesten worden georganiseerd. Voor de feesten moet een kaartje worden gekocht en voor het gebruik van de garderobe moet afzonderlijk betaald worden. Zowel op vrijdag- als zaterdagavond treden er één of meer dj’s of artiesten op, waarbij gebruik gemaakt wordt van een verhoogd podium en visuele kunst en licht. Daarnaast nemen veel dj’s andere uitvoerders mee, zoals MC’s, vj’s of dansers. De dj’s zijn bekend in de dancescene of draaien bij een radiostation.

2. Geschil rechtbank – verlenen van toegang tot muziekuitvoeringen

In geschil was de vraag of het verlaagde btw-tarief van toepassing was op de kaartjes voor de danceclub. Op grond van post b.14 onderdeel d van Tabel I is aan het verlaagde tarief onderworpen “het verlenen van toegang tot muziek- en toneeluitvoeringen”. In het besluit van de staatssecretaris van Financiën van 4 september 2014, nr. BLKB 2014/123M (Stcrt. 2014, 26112) is opgenomen dat dance-parties waarbij dj’s en/of live-muzikantenoptreden zijn te beschouwen als muziekuitvoeringen. In dit besluit is niet meer de toevoeging uit het oude besluit opgenomen waarin stond dat het moet gaan om “optredende dj’s en live-artiesten die als professioneel uitvoerende artiesten zijn aan te merken”.

De rechtbank geeft verder aan dat de muziekuitvoering niet ondergeschikt mag zijn aan het vermaak (HR 5 december 2008, ECLI:NL:HR:2008:BB0678). De danceclub heeft volgens de rechtbank aannemelijk gemaakt dat er op vrijdag- en zaterdagavond één of meerdere bijzondere podiumacts zijn. De bijdrage van de dj’s bestaat uit meer dan alleen het draaien van nummers van anderen.

De rechtbank oordeelt dat er in beginsel sprake is van het toegang verlenen tot muziekuitvoeringen, maar het is niet met voldoende mate van zekerheid vast te stellen dat dit voor iedere avond geldt. Het verlaagde tarief kan volgens de rechtbank voor deze danceclub op 90% van de omzet worden toegepast, omdat het hier gaat om een danceclub met een bekende reputatie en daardoor ook met grote regelmaat bekendere dj’s programmeert. In andere gevallen zal het in de regel gaan om 75 tot 90% van de omzet waarop het verlaagde tarief van toepassing is.

3. Garderobe is een bijkomende dienst

Tot slot merkt de rechtbank nog op dat de garderobedienst meedeelt in het verlaagde btw-tarief. Dit is namelijk te beschouwen als een bijkomende dienst die op dezelfde wijze kan worden belast als de hoofddienst. Dit geldt als het gebruik in de toegangsprijs is inbegrepen, maar ook als de bezoeker hiervoor een aparte vergoeding moet betalen.

4. Staatssecretaris van Financiën

Overigens heeft de Staatssecretaris van Financiën reeds op 27 november 2006 (DGB2006/05912) en 9 maart 2007 (DGB2007/01040) aangegeven dat dj’s aangemerkt kunnen worden als artiesten. Het gaat er om of de dj voor publiek een artistieke prestatie levert waarbij veel waarde wordt gehecht aan maatschappelijke opvattingen en spraakgebruik. Zij mogen dan ook het verlaagde btw-tarief toepassen voor hun optredens op danceparty’s, festivals, poppodia en dergelijke.

5. Oudere jurisprudentie

Verder is er al meer jurisprudentie over de vraag aan welk btw-tarief toegang tot evenementen van dj’s is onderworpen. Er is bijvoorbeeld een uitspraak van Hof Den Haag d.d. 5 november 2004 (03/00671) waarin wordt geoordeeld dat het verlaagde btw-tarief van toepassing is op georganiseerde happenings in een uitgaansgelegenheid waarbij het programma bestaat uit het door dj’s ten gehoor brengen van (house)muziek, ondersteund door visuele kunst, vj’s en door diverse podiumkunstenaars.