Mixer 821537 1920

Nieuws

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden: DJ met eigen BV kan buitenlandse belasting niet met IB verrekenen

16-06-2020

1. Uitspraak Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Op 3 juni jl. heeft Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden uitspraak gedaan op het door ons ingediende hoger beroep tegen de uitspraak van Rechtbank Gelderland van 1 juli 2019.

De uitspraak gaat over een DJ die in Nederland woont en veel in het buitenland optreedt. De DJ is directeur en enig aandeelhouder van zijn BV en krijgt daarvoor een salaris. De gages van de optredens worden door de buitenlandse organisatoren aan de BV betaald. De inkomsten van de DJ zijn nagenoeg altijd belastbaar in de landen van de optredens (artikel 17 OESO Modelverdrag). Tegenover dit heffingsrecht hoort Nederland voorkoming van dubbele belasting te verlenen (artikel 23 OESO MV). In geschil is of de DJ de belasting van buitenlandse optredens niet alleen met de vennootschapsbelasting (VPB) maar ook met de inkomstenbelasting (IB) kan verrekenen.

Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden komt, net als Rechtbank Gelderland, tot het oordeel dat de DJ niet gerechtigd is om de ten laste van de BV geheven buitenlandse belasting te verrekenen met de verschuldigde inkomstenbelasting. Het recht op verrekening van die buitenlandse belasting komt uitsluitend aan de BV zelf toe, ondanks dat de belastingbewijzen zowel op naam van de DJ zelf, de artiestennaam van de DJ als de BV staan en dat het salaris in het buitenland niet vrijgesteld is geweest van bronbelasting.

2. Vervolg?

Op basis van artikel 17 van het OESO MV zijn wij van mening dat een artiest (of sporter) met een eigen BV ook in de IB verrekening van buitenlandse belasting moet kunnen krijgen. Het salaris van de artiest verlaagt namelijk de belastbare winst van de BV, maar wordt wel in de IB van de artiest belast. Artikel 17 OESO MV geeft het land van het optreden namelijk het heffingsrecht voor zowel het persoonlijk inkomen van de artiest of sporter (lid 1) als voor de ander aan wie de gage wordt betaald (lid 2). Daardoor zou op beide niveaus ook voorkoming van dubbele belasting moeten worden gegeven. Wij vinden hiervoor steun in de drie uitspraken van de Hoge Raad van 9 februari 2007 over drie sporters en hun teams. Die gingen weliswaar over de vrijstellingsmethode en niet over de verrekeningsmethode, maar voor het beginsel van voorkoming voor artikel 17-inkomsten mag dat geen verschil maken.

Wij zullen in cassatie gaan bij de Hoge Raad. Hopelijk komt er in de toekomst een oplossing voor het probleem dat bij veel artiesten sporters met buitenlandse inkomsten (een deel van) de buitenlandse belasting niet verrekenbaar is.

Buitenland Dubbele belastingheffing Belastingverdragen