Op 14 juni 2022 heeft Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitgesproken dat een Nederlandse DJ de Amerikaanse belasting van de inkomsten, die hij via zijn Amerikaanse LLC had gekregen, met zijn Nederlandse inkomstenbelasting mag verrekenen.
De kwestie was met name interessant geworden na de uitspraak Hoge Raad 24 september 2021, waarin een DJ het overschot van de buitenlandse belasting van zijn BV niet deels met zijn persoonlijke inkomstenbelasting mocht verrekenen. In deze zaak over de DJ met een Amerikaanse LLC nam de belastinginspecteur hetzelfde standpunt in. Dat leidde echter wel tot volledige belastingheffing in Nederland en Amerika, bij elkaar 75% van het inkomen.
Het verschil hier was echter dat de DJ in Amerika persoonlijk belasting had betaald over de winst van zijn LLC, omdat die rechtspersoon transparant is in Amerika. Ook was het duidelijk dat hij alleen maar optredens had gedaan in Amerika, geen andere werkzaamheden, waardoor Amerika volgens art. 18 van het belastingverdrag het recht had om de persoonlijke inkomsten te belasten.
Daartegenover mocht Nederland diezelfde inkomsten ook belasten, maar moest wel verrekening van de betaalde Amerikaanse belasting, volgens art. 25 van het belastingverdrag. En dat klopt met r.o. 4.4 van Hoge Raad 24 september 2021, waarin staat dat persoonlijke verrekening wel mogelijk is als de belasting in het buitenland op naam van de artiest persoonlijk is afgedragen.
Toch verliest de DJ in deze kwestie uiteindelijk nog 72.000 euro verrekening van de Amerikaanse belasting. Reden hiervoor is dat hij niet zijn volledige winst van zijn Amerikaanse LLC in Nederland had aangegeven. De rechter staat slechts verrekening naar rato toe, voor zover het Amerikaanse inkomen in Nederland in de aangifte is vermeld.
